Jaar: 2013


  • Ik kon me maar niet herinneren waar ik was op 16 juni 1990, toen Mandela op het balkon van de Stadsschouwburg een vol Leidseplein toewuifde. Ik woonde al in Amsterdam, en ik weet nog hoe groots en ontroerend het was toen hij uit de gevangenis kwam. Waarom was ik niet op het plein geweest? Had ik huisarrest? Iets anders belangrijks? Ik zou daar toch sowieso bij hebben willen zijn?

    Vanochtend pakte ik mijn puberdagboeken erbij.
    Ik zou er in ieder geval iets over geschreven hebben, zo’n enorme gebeurtenis, zo vlak bij mijn huis, zo’n tot de verbeelding sprekende gast in ons kikkerland.

    Ik citeer:

    Zaterdag 16 juni 1990. 22.30 uur.
    “Ik heb vandaag voor ’t eerst tampons gebruikt. Het lukte meteen (ik snap niet waarom niet) maar het deed een beetje pijn. Het is wel handiger. Kun je tenminste zwemmen.
    Morgen moet ik een geschiedenis proefwerk leren. Bah. Ik zal even mijn hele rappie opschrijven [volgt hele lijst cijfers, inclusief vorige rapportcijfer, red.].
    Ik heb de plaat Brigitte Kaandorp 1 gekregen voor mijn rappie. Hij is heeel grappig, mooi en leuk. Ik krijg ook nog de plaat van Kim Wilde. Word ik verwend! Vandaag ben ik NIET naar de bioscoop geweest.
    Doei!!!
    XXXXXXXXX MERLO XXXXXXX”

    “Waar was jij toen Nelson Mandela op het balkon van de Stadsschouwburg stond?”
    “Op de wc. Het lukte meteen.”

    Nadat ik de teleurstelling over mijn navelstaarderij vakkundig had weggedrukt, keek ik of ik dan in ieder geval iets had geschreven op 11 februari 1990, toen Mandela werd vrijgelaten.

    11 februari 1990
    “Een hele, vreselijk belangrijke dag in de geschiedenis. Nelson Mandela FREE out of jail. Te wowie.”

    Wat blijft, is de herinnering, dat ik een intelligente, politiek betrokken puber was.
    Nelson Mandela Leidseplein


  • Ik vind dat de Onze Taal van deze maand me wel erg een spiegel voorhoudt.
    merel ERROR Onze Taal
    Wat?
    U bent nog geen lid?
    Kan hoor, ook leuk als cadeautje.


  • Het is al erg genoeg dat ik elke dag op de vloer lig.
    Maar dit mannetje op mijn plafond maakt het er niet beter op.

    “Ik schrik me dood van je”, zegt hij.
    “Je ziet er niet uit!”, blaast hij me toe.
    “Hahaha, zie jezelf nou eens daar liggen, denk je nou echt dat het helpt?”

    Hij schrikt en sist en chagrijnt.
    Hij lijkt op de kerstman.

    Ik duld het.
    Nog net.
    Als mijn buikspieren op die van Schwarzenegger zijn gaan lijken, krijgt hij ervan langs.


  • Het buurjongetje kwam speciaal binnen om zijn nieuwe voetbaloutfit te tonen.
    Rood-zwart shirt, zwarte broek, glimmende kiksen en zwarte sokken met een rode rand tot aan zijn knie.

    ‘Waarom heb je eigenlijk sokken tot je knie?’, vroeg ik.
    ‘Kijk ze zijn nog langer’, zei hij, en hij rolde het bovenste rode stukje uit tot boven zijn knie. ‘Maar het moet zo’, zei hij en hij sloeg het rode stuk om zodat de bovenkant weer net onder zijn knie uit kwam. Hij deed zonder bal voor hoe je de bal aan je voet moest houden. Het leek op ballet.
    ‘Dribbelen’, zei hij.

    ‘Zijn die lange sokken niet vanwege de scheenbeschermers?’, vroeg ik.
    ‘Scheenbeschermers!’, riep hij uit, honend, bijna draaiend met zijn ogen, omdat ik er geen enkel verstand van had.

    Hij trapte de denkbeeldige bal precies langs de keeper in de kruising.

    ‘Scheenbeschermers zijn voor de F’jes. Ik ben een mini.’


  • vecht links


  • “We komen van ver”, zei de vrouw. “We zijn de weg kwijt. We moeten onze dochter zien. Ze heeft nog nooit een wedstrijd gelopen. En nu loopt ze voor Pink Ribbon. Ze is kankerpatiënt. We zijn zo apetrots op haar. We moeten haar zien. We zouden naar het 10-kilometerpunt.”

    “Wij wilden ook naar het 10-kilometerpunt”, zei ik.
    Dat punt bleek niet bereikbaar voor fietsers vanuit Amsterdam. We adviseerden de ouders op 9,5 kilometer te gaan staan, om de hoek, waar wij ook zouden gaan aanmoedigen. Wij zetten onze fietsen neer, liepen een eindje langs het parcours en streken neer. Ik zag de ouders van de kankerpatiënte verderop gespannen naar de honderden renners kijken in de hoop een glimp van hun dochter op te vangen.

    We hadden drie spandoeken van A4’tjes met hoofdletters erop.

    HUP
    HUP3X
    MIRJAM

    We waren erg op tijd dus we moedigden de ons onbekende renners aan met HUP en HUP3X.

    HUP! HUPHUPHUP!
    Jullie kunnen ’t!
    Alles uit de kast!
    Helden zijn jullie!
    HEEL GOED!

    HUP HEMA!
    En het gezicht van de man met HEMA t-shirt straalde.
    HUP DELOITTE!
    En de dame in het Deloitte t-shirt stak vrolijk haar hand op naar ons op.
    HUP ROC VAN AMSTERDAM PODIUM VOOR JONG TALENT DAT ROEPT VRIJ LASTIG!
    En de meisjes in het ROC-shirt lachten.

    ‘Dank jullie wel!’, riepen de renners naar ons.
    ‘Leuk gedaan!’, riep iemand.
    ‘Merel!’ Hee, mijn kapster kwam voorbij.
    ‘Origineel, die letters’, riep een man.

    En de lachende gezichten op ons geroep maakten dat we zelf vleugels kregen. We schreeuwden de longen uit ons lijf. HUP! HUPHUPHUP!

    ‘We worden een beetje hysterisch’, zei vriendin F.
    En we hielden ons even in.
    Tot mensen weer zo enthousiast op ons reageerden dat we weer helemaal los gingen.

    De ouders van de kankerpatiënte verderop sprongen ineens op.
    Hun dochter stapte even uit de menigte om hen stevig te omhelzen.
    Daarna rende ze snel verder en kwam ze langs ons.
    Ik riep naar haar: “Je ouders zijn apetrots op je!”
    Ze lachte en huilde tegelijk.

    Toen kwam het moment dat we Mirjam konden verwachten. Het spandoek met Mirjam kwam ook uit de tas. De zenuwen gierden door ons lijf.
    MIRJAM HUP HUP3X, zo stonden we.
    Een renster die voorbijkwam, zei: ‘Jullie moeten omwisselen.”
    HUP MIRJAM HUP3X was inderdaad beter.

    ‘Mam, je bent er toch bij’, had iemand op het wegdek geschreven.

    Zagen we daar Mirjam?
    Nee, dat was haar niet.

    “Ik heet geen Mirjam!”, riep een man.
    “Jullie zijn allemaal Mirjam!”, riep vriendin K. “Hup! Hup! Hup!”
    “Ik heet Klaas”, zei iemand.
    “Hup Klaas”, riepen wij. ‘Huphuphup.’
    “Ik heet Marjan, bijna goed!”, riep een dame.

    En daar kwam Mirjam.
    Ze zag ons al zodra ze de hoek omkwam. Haar naam groot langs de kant van de weg.
    HUP MIRJAM HUPHUPHUP!
    We schreeuwden nog harder dan ervoor.
    “Ooooh, ik heb ’t nodig!”, riep ze. “Dank jullie wel, wat fijn!”
    En weg was ze.

    We keken haar na.

    Toen moesten we er even bij gaan zitten.
    We zegen neer in het hoge gras en namen een Penny-wafel.
    Ik merkte dat mijn stem weg was. Het was warm.
    Mijn rug deed pijn, en ik voelde me moe.

    “Hup”, pruttelde vriendin F. naast me.

    Een hele prestatie, dat aanmoedigen.
    Volgend jaar weer.


  • Of ik Sonja van der Arend, een wetenschapster aan de TU Delft, wilde begeleiden bij het schrijven van een roman. Een roman die moest gaan over de Europese richtlijnen voor water en de afstand van Europa tot de doorsnee ecoloog die het liefste met zijn laarzen in de modder staat.

    Ik wist niets van ecologen, noch van waterrichtlijnen of Europees beleid. Maar ook op een gewone werkvloer is de afstand boeiend tussen de regels van het management die een soort standaard moeten bepalen en een gespecialiseerde medewerker die iets moet uitvoeren.

    De ecologen en de wetenschapster stalen mijn hart. Het was geweldig om te horen waar de ecologen tegenaan waren gelopen, en vervreemdend om het Europese beleid eens van dichterbij te beschouwen.

    En Sonja van der Arend schreef. Over Henk Vleugel, een doodgewone waterschapsecoloog die ineens de richtlijnen moet gaan uitvoeren. Soms kreeg ik hele hoofdstukken in één keer opgestuurd, dan weer was het maanden stil. ‘Hoe is het met Henk?’, schreef ik dan. ‘Ik mis hem, ik wil weten hoe het verdergaat.’ En dan werd ik weer gevoed. Het was heerlijk om te doen, niet in de laatste plaats omdat Sonja van der Arend erin slaagde om een echt boeiend verhaal neer te zetten. Voor ecologen herkenbaar, maar zeker ook voor leken lekker om te lezen.

    Het boek is er.
    De eerste waterkwaliteitsroman van Nederland.
    Voor slechts € 10 te koop.
    En ook al heb ik er eigenlijk maar weinig aan gedaan, ik ben er toch trots op.
    Een otter in Brussel


  • Sinds een tijdje weer speel ik De Slimste Mens op mijn telefoon, veelal tegen wildvreemden (‘zoek een willekeurige slimmerik’). Bij vlagen heel leuk, soms heel stupide en frusterend (waar denk je aan bij … en dan weet je er veel van, maar de app vindt dat je andere dingen moet noemen, aargh).

    Vanochtend, terwijl ik eigenlijk aan het werk moest, kreeg ik de opdracht om de tien meest voorkomende verkeersergernissen op te noemen. Ik typte: links rijden, bumperkleven, toeteren (fout), agressief rijden, langzaam rijden, remmen als het niet nodig is (fout), vrouwen (fout), twijfelen (fout).
    Toen wist ik het niet meer.
    Pas.

    Onder de goede antwoorden stond ook ‘op het laatste moment ritsen’.
    Oh! Daar heb ik ook zo’n hekel aan! Sta je in zo’n lange rij braaf zo’n beetje achteraan, een goed mens te wezen, komt er zo’n dikke kar die rustig langs de hele rij rijdt en dan op het allerlaatste moment invoegt.
    Vet.
    Aso.

    Maar!
    Wat blijkt? Ik ben hier de idioot, evenals alle andere brave burgers die meteen al gaan invoegen of de late ritsers van asociaal gedrag beschuldigen. Totaal verkeerd.

    Op Van A naar Beter:
    “Sommige mensen vinden het asociaal om door te rijden op de linkerstrook als op de andere stroken een file staat. Dit is een misvatting. U kunt de ruimte op de linkerstrook het beste gewoon benutten. Zo voorkomt u dat de file langer wordt.”

    Er zitten miljoenen in de campagnes die het ritsen moeten bevorderen en aan domme mensen zoals ik moeten uitleggen, maar blijkbaar kijk ik altijd even naar links als er iets over ritsen op televisie is. Ik heb overigens ook lang gedacht dat het ritzen was in plaats van ritsen omdat ik dacht dat de techniek naar Jo Ritzen was vernoemd. Tja.

    Vanaf nu wil ik natuurlijk ritsen als de beste.
    Rest mij nog één probleem en dat bent u.
    Iedereen op de rechterbaan zal zwaar geïrriteerd raken door mijn actie. Been there, done that. En aangezien ik een brave burger ben, wil ik natuurlijk niet dat de wildvreemden mij Vet. Aso. vinden.

    Ik vertrouw op uw medewerking.


  • ‘Probeer ook eens onze sauvignon blanc!’, stond er enthousiast met sierlijke letters op het krijtbord aan de muur van het strandpaviljoen.
    ‘Wat wilt u drinken?’, vroeg de serveerster.
    ‘Wijn’, zei ik. ‘Welke wijnen hebben jullie allemaal?’
    De serveerster verschoot van kleur en keek me vragend aan, een beetje argwanend zelfs.
    ‘Rood en wit?’, vroeg ze, alsof ik haar een strikvraag had gesteld.
    ‘Ik wil graag witte wijn.’
    Ze haalde opgelucht adem.
    ‘Maar welke witte wijnen hebben jullie?’, vroeg ik.
    De blos keerde weder.
    ‘Gewoon?’, zei ze. ‘Witte wijn?’
    ‘Maar wat voor soort?’, vroeg ik.
    ‘Oh!’, zei ze. Ze wist het ineens. ‘Zoet en droog!’
    Ik glimlachte. ‘Droog, graag. Maar uit welke soorten droge witte wijn kan ik kiezen?’
    Dit was de druppel.
    ‘Ik haal er iemand bij!’
    Ze trippelde weg. Ik zag haar bij de bar druk overleggen.

    De collega met wie ze had staan praten kwam direct naar onze tafel.
    ‘U wilt een droge witte wijn?’
    ‘Dat klopt’, zei ik. ‘Ik vroeg me af uit welke soorten ik kan kiezen.’
    ‘Chardonnay’, zei ze stellig. ‘We hebben chardonnay.’
    ‘Dan heb ik liever een sauvignon blanc’, zei ik, wijzend op de aanbeveling op het bord.
    ‘Sauvignon blanc?’, zei ze. ‘Hebben we niet.’
    Ik wees nog eens op het bord.
    Ze keek om, zag het bord en rolde met haar ogen.
    ‘Dat is een foutje. We hebben alleen chardonnay’, zei ze.
    Ik twijfelde. 
    ‘Maar onze chardonnay heeft wel heel veel weg van een sauvignon blanc’, zei ze toen. ‘Doen?’


  • Een te dikke Duitser met lang, zwart haar schoof vlak voor mij de kampeerwinkel binnen. Hij droeg een hemd, waardoor ik optimaal kon genieten van zijn behaarde schouders.

    De man pakte een conservenblik met bami goreng uit het schap. Ik was gedurende de week al een aantal keren in deze winkel met zeer beperkt assortiment geweest, en dacht alles wel gezien te hebben. Blijkbaar heb ik een blinde vlek voor maaltijden in blik. Onbewust snobisme.  De Duitser bestudeerde het etiket. Langdurig. Voor- en achterkant. Als je daarvan kunt spreken als het blik rond is. Want dat was het. Ik moest verder. Ik had nog meer te doen. En een leeg mandje.

    Bij de kassa kwam de man achter me in de rij staan.
    De bami goreng in blik had het niet gehaald. 

    Op de rolband legde hij vier halve liters bier en evenveel Bounty’s.

blogarchief

2023mei (2)
juni (1)
oktober (1)
2022mei (1)
december (1)
2021maart (1)
2020november (1)
2019januari (1)
augustus (1)
2018januari (1)
2017maart (1)
2016maart (1)
juli (1)
2015januari (4)
februari (2)
maart (1)
april (2)
mei (1)
oktober (1)
december (1)
2014februari (2)
maart (2)
april (2)
mei (2)
juni (3)
juli (5)
september (2)
oktober (1)
november (3)
2013januari (4)
februari (3)
maart (2)
april (1)
mei (2)
juni (2)
juli (4)
augustus (2)
september (3)
oktober (1)
november (1)
december (2)
2012januari (5)
februari (1)
maart (3)
april (3)
mei (3)
juni (6)
juli (4)
augustus (3)
september (3)
oktober (4)
november (4)
december (2)
2011januari (5)
februari (1)
maart (3)
april (4)
mei (5)
juni (8)
juli (5)
augustus (3)
september (2)
oktober (2)
november (2)
december (3)
2010januari (12)
februari (7)
maart (5)
april (5)
mei (14)
juni (7)
juli (5)
augustus (2)
september (4)
oktober (5)
november (2)
december (3)
2009januari (12)
februari (10)
maart (11)
april (9)
mei (6)
juni (6)
juli (6)
augustus (3)
september (6)
oktober (5)
november (6)
december (7)
2008januari (19)
februari (22)
maart (26)
april (15)
mei (17)
juni (23)
juli (14)
augustus (11)
september (7)
oktober (17)
november (14)
december (10)
2007januari (14)
februari (14)
maart (19)
april (20)
mei (16)
juni (17)
juli (17)
augustus (19)
september (15)
oktober (23)
november (15)
december (21)
2006januari (15)
februari (14)
maart (20)
april (18)
mei (22)
juni (29)
juli (24)
augustus (22)
september (20)
oktober (22)
november (24)
december (20)
2005januari (16)
februari (13)
maart (19)
april (21)
mei (16)
juni (24)
juli (25)
augustus (15)
september (19)
oktober (18)
november (20)
december (19)
2004januari (37)
februari (34)
maart (33)
april (30)
mei (39)
juni (32)
juli (20)
augustus (36)
september (31)
oktober (17)
november (21)
december (20)
2003januari (56)
februari (54)
maart (48)
april (41)
mei (46)
juni (48)
juli (40)
augustus (43)
september (37)
oktober (37)
november (14)
december (27)
2002januari (48)
februari (47)
maart (52)
april (39)
mei (50)
juni (38)
juli (31)
augustus (34)
september (39)
oktober (40)
november (54)
december (51)