« terug naar blog

Drukdrukdruk

De vrouw tegenover me was aan het bellen. Ze stak een sigaret op. Ze klemde haar mobiele telefoon tussen wang en schouder, en hield haar aansteker tussen duim en wijsvinger vast. Met haar pink tikte ze enkele malen tegen de aansteker aan, waardoor deze zenuwachtig op en neer ging. Het gesprek was serieus en druk.

Er kwam een vrouw aangelopen die haar gedag zei zonder woorden. Ze nam aan hetzelfde tafeltje plaats. De bellende vrouw gebaarde dat ze nog even aan het bellen was, maar dat het niet meer lang zou duren. In de laatste beweging van het gebaar riep ze ineens: ‘Nee, dat kan écht niet!’. Dat had ze al heel lang geleden afgesproken, en als ze daar nou mee aan komen zetten, ja sorry hoor, maar dat hadden ze eerder moeten doen.

Er ging een andere mobiele telefoon af. Een oplopend deuntje ontsnapte aan de tas die naast de bellende vrouw op de grond stond. De bellende vrouw vroeg haar gesprekspartner of hij een momentje had. Uit de tas pakte ze de telefoon die inmiddels harder was gaan rinkelen. Ze nam op en vroeg of ze zo terug mocht bellen. Ze drukte de telefoon uit, en hervatte haar andere gesprek. Ben ik weer.

De vrouw die naast haar was komen zitten, keek verbaasd over zoveel telefonie en had een krant gepakt. De bellende vrouw had een meningsverschil. Het was warm, en haar steile haar zat tegen haar voorhoofd geplakt. Ze veegde het weg. Ze sloeg haar ogen op. Het gesprek werd uiteindelijk afgesloten met een bits geluid: ‘Oké, dat ga ik regelen, maar ik vind dat het echt niet kan’.

Ze begroette haar tafelgenoot en verontschuldigde zich voor haar gebel, maar het was echt noodzakelijk. De idioten hadden niets geregeld. Nu waren er problemen.
De tweede mobiele telefoon ging weer. Ze nam hem op en legde in het kort uit wat er net gebeurd was. Ja, wacht even, dan pak ik een pen. Ze pakte haar tas en begon wild te zoeken. Diverse objecten kwamen uit de roodleren handtas tevoorschijn. Zo ook een balpen. Ze pakte een servet en begon met de pen te krassen. Toen de inkt tevoorschijn kwam, schreef ze een telefoonnummer op. Het gesprek duurde voort. Op het servetje werden figuren getekend. Vierkanten, rechthoeken, ruiten, en lijnen die veelvuldig doorgekrast werden. Verbeten gaf ze antwoord, kortaf, gestresst. Aan het eind van het gesprek lag er een kubistisch kunstwerk op tafel.

Ze hing op en zuchtte. Haar tafelgenoot vroeg of het nog wel leuk was, haar baan.
‘Ja’, antwoordde ze, ‘het is ontzettend leuk’.


Reacties

3 reacties op “Drukdrukdruk”

  1. Ik heb zo’n hekel aan mensen die gaan bellen als je een afspraak hebt he 😉
    Drukke banen kunnen ontzettend leuk zijn, een beetje stress is wel lekker 🙂

  2. Je vraagt je inderdaad af wat iemand in hemelsnaam met twee mobiele telefoons moet. Je kunt ze net tegelijk gebruiken. Tenzij je één telefoon reserveert voor mensen die oeverloos slap zitten te ouwehoeren en maar niet ophouden. Dan zou je één oor moeten kunnen afsluiten en gezellig verder babbelen door de telefoon met het zinnige gesprek.

  3. Tekenen terwijl je aan het telefoneren bent, is iets waar ik me bijna altijd mee bezig hou…. ‘K moet wel zeggen dat ik na het gesprek me zelf best kunstzinnig vind.