Maus en Ronja zijn volgens mij hoogbegaafd.
Ja, zult u denken, dat zegt ze alleen maar omdat het haar eigen katten zijn.
Maar dat is helemaal niet daarom. Ze zijn gewoon buitenproportioneel slim.
Een voorbeeld:
Zoals u weet, heten de poezenbeesten Ronja en Maus. Zij weten dat ook. Maar toch, als ik hen wil roepen en ik gebruik hun naam niet, maar bijvoorbeeld ‘oeziewoezies’, dan komen zij toch. Als ze dan hun hoofd om de hoek steken en naar mij toe komen trippelen, dan complimenteer ik hen met hun uitzonderlijke slimheid.
En het is heus niet zo, dat het alleen bij het woord ‘oeziewoezies’ werkt. Ook als ik ze roep onder de door mij veel gebruikte koosnaam ‘moesjiemasjies’, komen ze aangelopen. Dit is uitzonderlijk. Ik ben andere varianten aan het uitproberen.
Niet alleen auditief zijn ze bijzonder aangelegd, ook op het verbale vlak liggen exceptionele talenten verborgen. Verborgen, inderdaad, want ze zijn pas 1 natuurlijk, maar Ronja kent inmiddels al het alfabet. Vooral als ik gedoucht heb en druipend met mijn handdoek sta, dan komt ze aangetrippeld en miauwt ze, omhoog kijkend, enkele keren achter elkaar. Het duurde even voor ik het door had, maar het is steeds 26x. Toen ik goed luisterde, hoorde ik de klanken van ons eigen alfabet.
Ik verwacht dat we zo rond januari kunnen beginnen met woordjes.
Ik ben niet van plan om Ronja en Maus anders te gaan behandelen. Ze mogen dan wat verder zijn dan andere katten op hun leeftijd maar gelukkig beleven ze ook nog plezier aan de normale kattendingen, zoals in schoenendozen kruipen, kotsen op de antieke tafel, achter speeltjes aanrennen en vliegen vangen.
En slapen, heel lang slapen.
Geef een reactie