-1-
‘Volgende keer niet repareren’, stond op het briefje dat aan het stuur van mijn fiets hing.
“Wát?”, vroeg ik aan de fietsenmaker. Dit was niet mijn vaste fietsenmaker. Maar omdat mijn fiets er ver weg van mijn huis mee opgehouden was, had ik de dichtstbijzijnde gekozen.
“Deze fiets is bijna dood”, sprak de vakman.
Ik keek hem diep in zijn ogen om te zien of hij me een nieuwe fiets wilde verkopen, maar ik zag in zijn irissen een haast onevenaarbare liefde voor rijwielen.
“Binnen nu en vier weken houdt deze ermee op”, sprak hij.
Ik slikte even.
-2-
Vier weken min twee dagen later.
Vrolijk peddel ik over een van de drukste kruispunten van de stad, een zogenaamde blackspot, vanwege de verkeersongelukken. Ik voel het aankomen. Dan is het zover: mijn ketting ligt eraf.
Prut.
Enige paniek over de rest van de dag verdwijnt al snel omdat ik eigenlijk geen plannen heb. Ik bel naar mijn afspraak dat ik iets later ben.
Dan breng ik mijn fiets naar de eerstvolgende fietsenmaker.
“Er is een wachtlijst tot donderdag.”
“Wat?”
“Ja, kijk”, en hij wijst op een groot aantal fietsen in de hoek.
“Maar ik kan niet zonder!”, roep ik.
De fietsenmaker loopt met me mee naar buiten, omdat hij aardig is. Hij schudt wat aan het achterwiel, werpt een kritische blik op mijn trouwe tweewieler, maakt een grapje over mijn fietstuin en de provisorische snelbinders en spreekt dan de fatale woorden.
“Deze ga ik niet repareren, hij is op sterven na dood.”
-3-
Later die avond komt de tram maar niet, dus doe ik wat ik nooit doe: ik loop naar huis.
Het getik van mijn hakken echoot door de smalle straatjes in de Pijp.
Het is pikdonker en het is 35 minuten lopen.
Onderweg haal ik mijn fiets op. We lopen gearmd naar huis.
-4-
De nacht gaat voorbij met dromen over hem.
Ik herbeleef de mooiste momenten die we samen hadden.
’s Ochtends loop ik naar mijn raam.
Vanuit mijn erker kan ik hem zien, daar staat hij, afgeragd maar trots, naast die fiets die er al weken zonder achterwiel bijhangt.
Mijn lieve fiets.
De stuurtuin is keer op keer kaalgeplukt door nare vandalen. De laatste bloem is vorige week gestolen. Hij heeft een orgaandonatie getekend, maar zijn stuurtuin zal hij met zich mee het graf in nemen.
Later vandaag zal ik mijn trouwe vriend naar boven dragen.
Sterven zal hij niet op straat.
Geef een reactie