Het zonovergoten oktoberterras aan het rand van het bos was zo vol, dat er aan ons tafeltje steeds anderen aanschoven.
Zo waren wij zelf ook aan het tafeltje gekomen.
De mensen bij wie wij waren gaan zitten, vertrokken vrijwel meteen en begrepen de grap die we daarover maakten niet.
De meeste mensen vroegen of de stoelen nog vrij waren en namen dan vermoeid plaats.
Om snel weer te vertrekken zodra er een ander tafeltje vrij kwam.
Een eigen tafeltje.
Dat dan vervolgens weer bezet werd door anderen.
Maar uiteindelijk kwam er een stel van middelbare leeftijd dat de rest van de rit bij ons bleef zitten.
'Zouden jullie het heel gezellig vinden als wij bij jullie komen zitten?', vroeg de man.
'Ja hoor, heel gezellig', zei ik.
'Wat een geluk hebben jullie dan!', zei zijn vrouw.
Geef een reactie