Ik weet nog goed dat ik de mensen mijn schoolplein op zag komen lopen. Het schoolplein van mijn lagere school was met een hek van de buitenwereld afgesloten, zonder dat het een beklemmend gevoel gaf, want verder was het schoolplein erg groot.
Op een dag kwamen er allemaal mensen het schoolplein opgelopen. Het hek dat normaal zo dicht was, stond de hele dag gewoon open!
De bezoekers waren duidelijk geen ouders, en geen leraren van onze school.

’s Ochtends voordat de school was begonnen, hield ik ze nauwlettend in de gaten vanuit mijn favoriete hoekje op het plein. Het was druk. De mensen hadden papiertjes in hun hand en liepen ermee naar binnen. Op de voordeur van mijn school hingen papieren met cijfers en een pijl erbij. De mensen gingen naar binnen en kwamen even later weer naar buiten. Ze keken belangrijk.

Toen de bel was gegaan, en we in de klas zaten, legde de meester uit dat er vandaag in onze school gestemd ging worden. Onze ouders zouden vast ook zijn gaan stemmen vandaag. Aha! De helft van de klas knikte instemmend. Dat wist ik ook, dat mijn ouders gingen stemmen, maar ik wist niet dat dat zomaar in mijn school gebeurde met papieren met cijfers en pijlen erop.
Dus zo zag stemmen eruit!

In de pauze ging ik bij het hek staan. Ik vroeg de mensen wat ze gingen stemmen. Sommige mensen moesten erom lachen, gaven geen antwoord en liepen door. Sommigen wisten het nog niet, anderen gaven antwoord en probeerden mij te overtuigen van hun keuze. Het was een mooie dag. Ik wist niet zoveel van politiek, maar ik was journalist van de bovenste plank. Waarom dan? Wat dan? Waarop dan? Ik kreeg al snel mijn voorkeuren voor mensen die op bepaalde partijen stemden. Ik deelde ze in.

Een mevrouw met een grote wolk parfum om zich heen stapte vanaf de straat de veilige plek van mijn schoolplein op. Ze had platinablond haar, een bontjas aan, en gouden sieraden tot zover het oog reikte. Ik vroeg haar waar ze op ging stemmen.

Ze walste me omver. Ze zei kwaad, terwijl ze verder liep, dat het een ver-schrik-ke-lijk onbeleefde vraag was, dat je dat niet vraagt aan mensen, en dat ik daar mee op moest houden. Ze liep de hoek om. Ik was verbouwereerd. Het was toch maar een vraag? De rest van de dag stelde ik de vraag niet meer.

Gisteren liep ik het schoolplein op van de school waarin ik moest stemmen. Vanwege het mooie weer waren er veel kinderen op straat. Bij de ingang speelden twee Marokkaanse meisjes met een bal. De voetbal kwam ongeveer tot aan hun knie. Toen ik langsliep, kwam de bal tegen mij aan. Ze zeiden sorry en vroegen wat ik hier kwam doen. ‘Gaat u ook daar naar binnen?’, vroeg het ene meisje. Ik zei ja. ‘Waarom dan?’ vroeg ze. Ik zei: ‘Ik ga stemmen’. Aha. ‘Waaróm gaat u dan stemmen?’

‘Ik ga stemmen omdat ik mee wil bepalen wie ons land gaan besturen’. Het was even stil. Zo breng je politiek inderdaad niet richting kind. Ik voelde me een beetje Melkert. Het meisje zei: ‘Ja, wie de baas wordt van Nederland he, zeker’. Dit had ze blijkbaar al vaker gehoord. Ik knikte instemmend. ‘Waar ga je dan op stemmen?’, vroeg ze. Ik zei dat ik het nog steeds niet wist. Groen Links of PvdA. Ze keek bedenkelijk. Ik verwachtte dat ik in het verkeerde kamp zou komen.

‘Je moet Groen Links stemmen’, zei ze. ‘Mijn mama heeft ook Groen Links gestemd’. ‘Mijn vader heeft niet gestemd’. Ze wees naar haar vriendinnetje. ‘Haar ouders hebben geen eens gestemd. Ze mogen geen eens stemmen’. Ze lachte.

Toen ik naar buiten kwam gelopen na het doen van deze belangrijke daad, waren de meisjes al met iets anders bezig. De één gooide de bal de lucht in, en de ander moest hem vangen. Geloof ik.


Reacties

3 reacties op “Instemmend”

  1. Praetoriaan avatar
    Praetoriaan

    Op iemand vragen wat hij/zij gestemd heeft rust volgens mij vandaag de dag nog steeds een soort van taboe. Hier op mijn werk in ieder geval wel. Het is net als aan iemand vragen wat hij of zij verdient…dan word je ook met scheef hoofd aangekeken.

  2. Neneh avatar

    Hebben we misschien bij elkaar op school gezeten? Jij als journalist en ik als dromer?
    Ha, zoals jij het neer zet zo was het gewoon.

    have a nice day

    Neneh

  3. Bij ons ging het er heel anders aan toe. Wanneer het verkiezingen waren, stopte de juf vrijdagmiddag een uurtje vroeger met lesgeven. We mochten dan alle banken en stoelen versjouwen, de klas moest helemaal leeg. Maandagmorgen was de klas nog steeds leeg, we moesten onze bank en stol eerst nog gaan uitzoeken op de gang, of in de turnzaal. Stemmen gebeurt in België altijd op een zondag.