Mijn tandarts heeft grote handen en een excentriek gebit. Ik heb iets met gebitten. Waar sommigen vallen op ogen, op handen of op schouderbladen, heb ik het met tanden. Een goedverzorgd gebit met vrolijke, eigenzinnige en daadkrachtige uitstraling – daar ben ik naar op zoek. Beugelbekkies zijn slechts bij zeer grote uitzondering interessant om naar te kijken: uit al die tanden precies mooi tegen en naast elkaar valt geen identiteit meer af te leiden. Laat de natuur haar werk doen en grijp alleen in in geval van vergaande vergroeiing, is mijn devies. Een vriendin van mij heeft een kaarsrecht beugelloos gebit waarbij alleen één van haar voortanden een millimeter over de ander is geschoven. Geweldig. Daadkracht.

Mijn tandarts heeft een zware stem en kijkt je doordringend aan wanneer hij met je praat. Hij vraagt me hoe het gaat en ik kijk automatisch even weg. Uit verlegenheid. Hij is lang en goed gebouwd en heeft een automatische knipoog in de buurt van vrouwen. Hij heeft een lichte tred en als hij werkt, heeft hij een mooi wit pak aan. Als pubermeisje was ik erg ontvankelijk voor zijn charmes, totdat mijn stiefmoeder hem een slijmbal noemde en het mij duidelijk werd dat hij zijn trucje bij elke patiënt opvoerde.
Maar toch probeer ik op de vele foto’s die hij van mijn tanden maakte zo sexy mogelijk over te komen.

Mijn tandarts zal mij zo ontvangen. Ik heb goed geflost en mijn tanden zijn perfect gestookt, maar bijna elk bezoek loopt uit op een desillusie: gaatje. Niet omdat ik mijn tanden niet poets, maar omdat ik van nature net als mijn broer een cariësgevoelig gebit heb, zegt hij. Maar de vorige keer was hij ‘zeer tevreden’ en was hij bijzonder onder in de indruk van mijn poetsprestaties. Hij complimenteerde me, hij prees mij de hemel in, hij tuitte lof.

Ik merkte dat ik er toch nog niet helemaal overheen ben.


Reacties

8 reacties op “Tandarts”

  1. Goeie morgen Merel,
    Ik was verrast toen ik jou log las. Je valt op tanden. Dat doe ik ook. Als het ooit ter sprake komt en ik vertel dat mijn eerste blik het gebit van iemand is, wordt ik meestal wat meewarig aangezien. Het wordt ook vaak niet geloofd. Maar zie hier, een gelijkgestemde medemens. Prachtig. Ik vind ook dat al die stram in de houding geperste gebitten weinig over de eigenaar (m/v) zeggen. Maar al dat uniforme werk zal wel tot de zegeningen van de moderne tijd behoren. Nogmaals, leuk om je log even te lezen. Groeten, Ben.

  2. En…….geen gaatjes??

  3. paulmatthijs avatar
    paulmatthijs

    Hebben wij soms dezelfde tandarts? En ook toeval met een hoofdletter T: ik mag overmorgen komen opdagen voor hetzelfde als jouw vriendin… hmz. beetje bang nu.

  4. Geen gaatjes! En nog beter nieuws: ik hoef pas over een jaar terug te komen! 🙂

  5. Is het lof(t)uiten of lof tuiten. Ik kom er nooit achter. Misschien weet iemand anders dat.
    Verder is Ivoren Wachters (van het darmkanaal) van Simon Vestdijk h&eactue;t boek voor gebitswatchers.

  6. Volgens Van Dale is het loftuiting (zelfstandig naamwoord) dus naar alle waarschijnlijkheid ook loftuiten.
    En Merel, blij dat hij je geen pijn hoefde te doen.

  7. Het is inderdaad zeker loftuiten, maar is het ik tuit lof of ik uit loft?
    Dat is denk ik wat ezor bedoelde.
    Ik denk zelf altijd dat het loft uiten is, maar…

  8. rob boonzajer avatar
    rob boonzajer

    Merel,

    Bel eens met de zaak en maak een afspraak (geen tandarts). Of mail info@atana.nl.

    RBF