Er zijn maar weinig spelletjes waar ik niet goed in ben. Jarenlange training heeft ervoor gezorgd dat ik me een nieuw spelletje redelijk snel eigen maak en dat ik door mijn bijna enge (quote van een vriendin) competitiedrang (wat spelletjes betreft dan, verder ben ik vrij gematigd) vaak weet te winnen. Dus toen ik op oudjaarsavond uitgedaagd werd voor een spelletje sjoelen blufte ik het hele gezelschap bij elkaar. Dat varkentje zou ik wel even wassen. Sjoelbak, here I come!, riep ik nog.
Met groeiende verbazing keek ik toe hoe alle sjoelstenen die ik richting de poortjes sjoelde voor de ingang bleven liggen. Welke tactiek ik ook toepaste, de stenen wilden er niet in. Door mijn knie?n, met effect, beneden onderdoor links achterom – niets mocht baten. Behalve toen ik de andere kant opkeek, vloog er een steen in de 2. Ik eindigde met 14 punten, ver onderaan.
2005 wordt voor mij het jaar van het sjoelen.
Op dinsdagavond pak ik de sjoelbak van zolder, de talkpoeder uit de badkamer en mijn sjoelhandschoenen uit de kledingkast.
Minstens 50 keer zal ik oefenen zodat ik eind van dit jaar met een maximale score zal eindigen.
Ook zal ik mij gedurende dit jaar bekwamen in het verzinnen van opmerkingen die bij het sjoelen door verschillende deelnemers geheel zonder bijbedoelingen worden uitgesproken, maar waarop de overige kandidaten ‘dat zei mijn vrouw vannacht ook’ kunnen antwoorden. Zoals ‘hij zit er praktisch in!’, ‘nog even wat harder en dan gaat ie erin!’, ‘hij ging er gewoon in en toen er weer uit!’, ‘die andere ligt de hele tijd in de weg!’, ‘jaaaaa, hij zit erin!’, etc.
Het was een heerlijk oud en nieuw.
Geef een reactie