Na 2001, 2002, 2003, 2004 en 2005 is er nu Oudjaar 2006 op dit log. Waarheen gaat de tijd? Hier gaat hij ieder geval in een archief, een geruststellende, opgeruimde gedachte, als een la vol gestreken en opgevouwen onderbroeken met een geurbuiltje vol rozenblaadjes. Een la die ik nooit zal bezitten, want wie strijkt zijn onderbroeken nou?
Het was een goed jaar. Voor mij, voor anderen was het een stom jaar, of een niks jaar, een verdrietig jaar, een walhallajaar.
Voor mij was ie goed.
Misschien zou ik vroeger met een jaar als dit maar matig tevreden zijn geweest. Nu voelde het alsof ik eindelijk dat vlot op die kolkende, ijskoude oceaan onder me in bedwang had gekregen. Vervolgens kon ik me zelfs langzaam ontspannen en liggend op mijn rug in de zon een tukje doen. Dat vlot in bedwang krijgen, dat heb ik zelf gedaan, maar op die oceaan had ik geen enkele invloed. Het leek het echte leven wel.
Ik had geen begrafenis dit jaar en dat was heel lang geleden.
Het uitbrengen van het boek was opwindend en eng tegelijkertijd. Over het boek zijn mooie dingen geschreven, ook nare. De mailtjes over het boek doen me goed, dank daarvoor. De behoefte om me te verbeteren levert hopelijk een tweede op. Ik ben over het algemeen wel trots op het resultaat en het is nog steeds een klein wonder om een boekwinkel in te lopen en daar mijn eigen boek te zien liggen. Daar moet ik maar eens wat meer van gaan genieten, nu de grootste drukte achter de rug is.
Mijn werk is leuk en inspirerend. Ik mag voor verschillende opdrachtgevers uiteenlopende dingen doen die altijd met schrijven te maken hebben. Dat had ik vroeger niet durven dromen. Soms mag ik, omdat ik dat nu eenmaal voor werk doe, zomaar bij een Turks gezin in een rijtjeshuis in het oosten van het land binnenstappen en de moeder het hemd van het lijf vragen. Dan weer buig ik me over een column, de volgende keer zit ik bij een groepje uiterst aandoenlijke, maar moeilijke VMBO-ers aan tafel of sta ik in het Gelredome te midden van meer dan tienduizend scholieren te dansen voor de aidsbestrijding. Of bekijk ik mijn collega's vanaf mijn computer aan het randje van de redactie.
Nieuw zijn de wallen. Die had ik eerder nooit, maar ineens, op een dag in september, manifesteerden ze zich onder mijn ogen. Vermoeidheid, dacht ik. Stress, door het boek, concludeerde ik. Enkele maanden ontspanning later zitten ze daar nog, onuitslaapbaar. Ze zijn gekomen om te blijven en ik zal het moeten accepteren als de tekenen van verval. Voortaan kom ik met wallen. Liever dan met de onzekerheid van een pubermeisje.
Met wat ik allemaal nog meer kom in 2007, weet ik nog niet. Deze week werd ik geïnterviewd over de voorspelling dat bloggen op zijn retour is. Ik heb gezegd dat ik vind dat die voorspelling houtsnijdt.
Voor het eerst sinds heel wat jaren sluit ik het jaar uitermate tevreden af en zie ik het volgende met veel plezier tegemoet. Ik hoop dat u allemaal hetzelfde tevreden gevoel heeft als ik, maar ik weet dat dat niet klopt.
Toch, of juist, een gelukkig nieuwjaar gewenst.
Op onze gezondheid!